Vlaamse Wonderjaren

Dit speelt nu bij Vlaamse Wonderjaren:

Mieke (1957)

Mieke, geboren op 8 mei 1957 in Turnhout, is al enkele decennia met voorsprong met de meest succesvolle Vlaamse zangeres in Nederland, in zoverre zelfs dat velen haar in feite als Nederlandse zangeres zijn gaan beschouwen. Mieke, toen nog onder haar volledige naam Mieke Gijs, nam al op elfjarige leeftijd deel aan een zangwedstrijd en won die.

Op haar vijftiende kwam Mieke in contact met Nederlander Pierre Kartner (Vader Abraham), die op zoek was naar een nieuwe jonge zangeres, in opvolging van zijn vorige kindsterretje Wilma. Een jaar later bezorgde hij Mieke haar grote doorbraak met ‘Een kind zonder moeder ‘. Mieke is het schlagergenre altijd trouw gebleven en kan intussen al terugblikken op een muziekcarrière van ruim 50 jaar.

Bij Vlaamse Wonderjaren hoor je volgende 34 liedjes van Mieke:

  • Als ik jou niet had – 1980
  • Als je dicht bij me bent – 1987
  • Charlie Chaplin – 1978
  • De bonte lapjesmantel – 1980
  • De dierenband – 1981
  • De oude visser – 1978
  • Dromenland – 1980
  • Een kind zonder moeder – 1974
  • Ga naar die ander – 1982
  • Het dorpje – 1977
  • Ik ben verloren – 1985
  • Ik heb vandaag de zon besteld – 1978
  • Ik laat jou nooit meer gaan – 1986
  • Ik speel een lied voor hem [Little Drummer Boy] – 1974
  • Klein klokje – 1976
  • Kleine vogel – 1976
  • Kom weer terug bij mij – 1988

  • Liefde doet soms pijn – 1979
  • Lieve Moeder – 1976
  • Manuel – 1978
  • Mijn beste vriendin – 1975
  • Mijn engelbewaarder – 1976
  • Mijn hart huilt om jou – 1976
  • Morgen zal ik om je huilen – 1978
  • ’n Kleine lappenpop – 1974
  • Santa Maria – 1977
  • Schlagermix – 1987
  • Schoenenpoetser van Santiago – 1976
  • Vaya Con Dios – 1988
  • Visserslied – 1974
  • Wals van de lente – 1980
  • Zo maar ’n dag in september – 1976
  • Zondagskind – 1975
  • Zonder liefde, zonder toekomst, zonder hoop – 1983

Je zou ook interesse kunnen hebben in...

« Ik ben een poos de Trini Lopez van Vlaanderen geweest: ik trad op met niet meer dan bas, gitaar en zang. Als ik ergens toekwam, zocht ik ter plekke een bassist, later ook een drummer. Die vond je dan bij de lokale orkesten. Dat was elke week weer de vingers kruisen en ik was dat al vlug beu. Staf en ik werden daar snel handig in: als we het dorp binnenreden, keken we even op de affiche van die avond: “tof, De Karina's spelen hier straks ook, die pianist van hen, Leo Caerts, zal er dus zijn., Dan gingen we Leo vragen of hij me wilde begeleiden die avond; later is hij ook in mijn groep gekomen. »Will Tura
De Standaard - 31 juli 2010